Vandalisme in het park

madeliefjes

Pas geplukte bloemen weer weggooien, geplante boompjes uit de grond rukken, grasvelden vertrappen, banken bekrassen en bevuilen, beesten pesten, vandalisme dus, het is van alle tijden. De socialistische krant De Tribune van 10 juni 1922 is het oneens met een bepaalde mening in een andere krant (‘burgerlijke journalistiek’), die ontaarding van de jeugd als oorzaak noemt. Voor de arbeidersgezinnen, aldus De Tribune, zijn de openbare parken een ‘emmer in de zee van hun behoeften. En nu is het misschien heel wijs spaarzaam met een emmer water om te gaan als er geen zee is, maar het omgekeerde is menselijker. Waren er meer parken en in die parken meer bloemen, meer gras, meer banken, dan zou het met het vernielen zeer gauw gedaan zijn, ook al werden de bewakers nog eens tot op de helft verminderd.’ Aldus De Tribune.

Dia:

vandalisme

Ook mochten we niet op het gras spelen, stel je voor! Als de parkwachter er aankwam, verscholen wij ons door plat in datzelfde hoge gras te liggen. En vooral niet bewegen! Bloemen plukken was ook niet toegestaan, maar al die madeliefjes! Mijn lievelingsbloempjes! Ik heb er ontelbaar veel geplukt in mijn jeugd om er halskettingen en hoofdbandjes van te maken of om er alle mogelijke vaasjes mee te vullen. Waar ik woon, in Canada, groeien ze niet. Iedere keer als ik Nederland bezocht, mits het zomer was, plukte ik madeliefjes, met het gevolg dat ik in verscheidene boeken twee of drie gedroogde madeliefjes bewaard heb. Ik vond die kastanjebomen op het eerste grote grasveld grandioos, zo mooi, zo statig met al die rode en witte kaarsjes.

Nadat wij naar Canada waren verhuisd, heb ik vaak een plattegrond van het park getekend, wanneer de heimwee naar Amsterdam me te veel werd. Gelukkig is dat gevoel verdwenen, maar de geluksgevoelen en de genegenheid voor het park zijn altijd gebleven.

Nico:

Het plein van de ingang ging over in twee paden, die gescheiden werden door een groot grasveld met enkele indrukwekkende kastanjebomen. Die trokken vooral de aandacht als het tijd werd om te oogsten. Om dat proces te versnellen – je moest er op tijd bij zijn – werden allerlei projectielen de boom in geslingerd. Knuppels genoten de voorkeur tot iemand op het idee kwam dat je daar ook mee kon gooien als de tijd van de wilde en tamme kastanjes voorbij was. Het park verschafte de mogelijkheid het juiste materiaal te kiezen. Nu er niets meer te oogsten viel, ging het erom zo ver of zo hoog mogelijk te gooien. Ook dat bracht risico’s met zich mee, totdat iemand bedacht dat iedere worp gepaard moest gaan met een waarschuwing. Toen iemand daarbij ‘Koejère’ riep was het pleit beslist: het werphout had een naam gekregen. Meer dan een rage was het niet. Men zou er een fase uit de evolutie van de mens in kunnen herkennen die nu binnen een week doorlopen werd.


© 2025 Dick de Scally. Op deze publicatie berust auteursrecht.

Overzicht alle afleveringen “Het park en wij“.

Dick maakt deze serie geheel op eigen titel.
Reageren? Voor nu kunt u contact met de redactie opnemen via de link onderaan de website.

Wij sturen dan uw mail door naar Dick.

Op de hoogte blijven van toekomstige artikelen in deze serie?
Schrijf u dan in op de nieuwsbrief 


Gerelateerd:


Amsterdam Noord Vegetariërs

Waardeer onze website!!

Als je onze website waardeert kun je een donatie doen via deze pagina.
(PS, wil je de overmaking helemaal afronden? We zien best vaak niet afgeronde overmakingen staan en dat is zonde)