Herinneringen uit mijn jonge jeugd in Amsterdam – Noord


 Zittend op de kolenkast

De eerste herinneringen zijn natuurlijk niet van mijzelf. Deze zijn op basis van de verhalen van mijn moeder die veelvuldig en graag over vroeger vertelde. Haar familie en haar kinderen waren zeer belangrijk.

Ik was de laatste uit een reeks van vijf kinderen of eigenlijk zes omdat mijn oudste broer er één van een tweeling was. Helaas is mijn oudste zusje al na twee dagen overleden. Zij woog slechts 3 pond en dat was in 1936 te weinig om te overleven. 

Ik kwam in 1949 ter wereld maar dat was eigenlijk niet meer de bedoeling. Het was al druk genoeg met vier kinderen. Toch was mijn moeder gek op mij, net als op al haar kinderen. Twee oudere broers en twee oudere zussen gingen mij voor. Ik was dus de jongste en geboren op een dinsdagavond in december om kwart over zeven. Volgens mijn moeder tijdens de Bonte Dinsdagavondtrein, een programma op de distributieradio. Ik had de navelstreng vier keer om mijn nek en het was dus best even spannend geweest voor mij maar zeker voor mijn ouders.

De vroedvrouw had het echter meteen in de gaten en heeft kordaat gehandeld. Zij redde daardoor waarschijnlijk mijn kleine leventje. Helaas ben ik vergeten om haar daarvoor te bedanken, hoewel ….dat zal mijn moeder wel gedaan hebben. Ik was tenslotte haar “hartje”, een verbastering van mijn voornaam die zij vroeger veel gebruikte. Ik heb gelukkig geen trauma aan die navelstreng overgehouden hoewel ik in mijn verdere leven best best paniekerig was onder water en onder de dekens. Misschien dus toch een kleine trauma. 


In de box op de veranda

In 1950, direct na mijn geboorte ging het al een beetje beter in het Nederland van na de oorlog. Sommige dingen waren nog op de “bon” maar ik kwam niets tekort. Ik was een stevige baby maar ik lustte dan ook alles. Je kon mij toen alles in mijn mond stoppen. Ik at het op. Helaas werd ik op latere leeftijd alsnog ik een lastige eter. Maar….. ik was wel een vluggertje. Met zes maanden liep ik al de box rond en lang voor mijn eerste jaar liep ik los, aldus volgens de verhalen van mijn moeder.

Wij waren niet rijk. Mijn vader was metaalarbeider bij de Kromhout Motorenfabriek en het was voor mijn ouders best wel moeilijk om de eindjes aan elkaar knopen. Dat kon mijn moeder echter heel goed. Zij was heel vindingrijk en daarom heb ik toch een geweldige jeugd gehad. Het is tot op de dag van vandaag voor mij nog steeds een raadsel hoe zij dat voor elkaar heeft gekregen. Zeker is dat ik als kind niets tekort ben gekomen. Wij zagen er altijd netjes uit, waarschijnlijk ook omdat mijn moeder erg handig was en van alles kon maken op de Singer naaimachine. 


Bekijk alle afleveringen herinneringen Harry van Santen de Hoog

© 2021 Harry van Santen de Hoog. Op deze publicatie berust auteursrecht.


AmsterdamNoord.com

Waardeer onze website!!

Als je onze website waardeert en je waardering wilt laten blijken met een vrijwillige bijdrage: graag!
(PS, wil je de overmaking helemaal afronden? We zien best vaak niet afgeronde overmakingen staan en dat is zonde)



Mijn gekozen vrijwillige bijdrage € -